Diverse Auteurs, Nieuwe Bijbelvertaling, [2004], 1 Sam 2:20 Eli zegende Elkana en zijn vrouw met de woorden: 'Moge de HEER u bij deze vrouw nog andere kinderen geven, in plaats van de jongen die zij aan de HEER heeft afgestaan.'
*)in plaats van de jongen die zij aan de HEER heeft afgestaan -- Voorgestelde lezing ondersteund door een Qumran-handschrift. MT: 'in plaats van de jongen die de HEER voor zichzelf heeft gevraagd'.
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [43]En Eli zegende Elkana, en zijn huisvrouw, en zeide: De HEERE geve u [44]zaad uit deze vrouw [45]voor de bede, die [46]zij den HEERE afgebeden heeft. En zij gingen naar [47]zijn plaats. 43. Dat is, hij als hogepriester had haar veel geluk gewenst. 44. Dat is, kinderen. 45. Dat is, voor den afgebeden en nu Gode gegeven zoon. 46. Hebreeuws, hij. Zie dergelijke verwisseling van het vrouwelijke en mannelijke geslacht Gen.24:14; Ex.31:15; Lev.2:8; hfdst.25 vs.27; 2Kon.3:26; Hos.14:7; Ruth 1:8,9,11,19,22. Anders, die men den HEERE afgebeden heeft, of, die men voor den HEERE gebeden, of, begeerd heeft. Het is alsof hij zeide: Zij heeft dezen zoon niet voor haarzelve, of tot haar voordeel, begeerd en den Heere afgebeden, maar opdat zij dien den Heere zou toeeigenen tot zijn dienst. 47. Te weten, naar de plaats van Elkana.